Skip to main content

Medische verklaring parachutespringen

Om een opleiding parachutespringen te volgen dien je in het bezit te zijn van een medische verklaring waaruit blijkt dat je “lichamelijk en geestelijk” geschikt bent voor het sportparachutespringen. Deze verklaring wordt afgegeven door een onafhankelijk arts en is twee jaar geldig.

Bij voorkeur wordt gebruik gemaakt van het formulier dat na het aanmelden voor een opleiding wordt toegezonden. Let er op dat deze verklaring door de arts wordt ondertekend en voorzien is van een stempel waaruit zijn naam blijkt. De keuring kan door elke arts gedaan worden m.u.v. een arts waar je onder behandeling bent.

Voorbeelden van waar je een medische keuring kunt laten doen zijn:

  • een huisarts (niet de eigen huisarts)
  • een sportmedische instelling aangesloten bij de Federatie van Sportmedische Instellingen (FSMI) via sportzorg.nl
  • Medimark
  • Meditel

Bij het maken van een afspraak dient u te vermelden dat het gaat om een keuring parachutespringen. De kosten van een medische keuring lopen uiteen van een paar tientjes bij een huisarts tot wel  €150,- bij een sportmedisch keuringscentrum. Deze kosten kun je vaak (deels) vergoed krijgen als je een aanvullende zorgverzekering hebt.

Keuringseisen parachutespringen

  1. Afwezigheid van elke lichamelijke of geestelijke ziekte, van elk gebrek of van elke afwijking, die kan leiden tot een plotselinge ongeschiktheid om een valschermsprong naar behoren uit te voeren. Zwangerschap leidt tot tijdelijke ongeschiktheid, evenals zwakke plaatsen in de buikwand.
  2. Voldoende functie van de vier ledematen, waarbij in het bijzonder gelet moet worden op knie- en enkelgewrichten, alsmede vorm en functie van de wervelkolom en de getraindheid van het bandapparaat en de musculatuur.
  3. Normale functie van hart, longen, nieren en zenuwstelsel.
  4. Een actieve, acute of chronische pathologische toestand van één of beide ogen of van de adnexae, waardoor goed functioneren in zulk een mate zou kunnen worden belemmerd, dat de veiligheid tijdens de valschermsprong in gevaar zou kunnen worden gebracht, heeft ongeschiktverklaring ten gevolge.
  5. De aanvrager moet een gezichtsscherpte in de verte hebben van tenminste 6/12 (20/40, 0.5) op elk oog afzonderlijk, met of zonder correctie; indien deze vereiste gezichtsscherpte slechts wordt verkregen met behulp van corrigerende lenzen, kan de aanvrager geschikt worden verklaard mits: de lenzen worden gedragen tijdens het valschermspringen; de aanvrager een gezichtsscherpte heeft, op elk oog afzonderlijk van tenminste 6/60 (20/200, 0.1) of de refractiefout niet meer bedraagt dan + of -5 dioptrieën (sferische correctie).
  6. De kandidaat moet een conversatiespraak, staande op 2.50 meter afstand met de rug naar de onderzoeker, goed verstaan. De tubae Eustachii moeten goed doorgankelijk zijn. Stoornissen in het vestibulair apparaat leiden tot ongeschiktverklaring.
  7. Het gebit moet in goede staat verkeren. Losse prothesen, welke gevaar zouden kunnen opleveren, moeten tijdens het valschermspringen zijn verwijderd.